Stap 1: Kennismakingsgesprek en een qEEG
De therapie begint met een kennismakingsgesprek, zodat de cliënt en de therapeut elkaar leren kennen en om de therapeut een indruk van de klacht te geven. Daarbij wordt ook een standaard qEEG gemaakt. Dit is nodig om te zien in hoeverre onbalans in het frequentiepatroon in de verschillende hersendelen valt waar te nemen. Op basis van deze gegevens, zal de therapeut een behandelingsplan opstellen, toegesneden op de specifieke klacht van de cliënt.
Stap 2: de trainingssessies.
Daaropvolgende trainingsafspraken duren meestal ongeveer één uur en vinden in principe twee keer per week plaats. Het is aan te raden de sessies in de week te spreiden. Het aantal sessies dat nodig is om blijvende resultaten te behalen verschilt per persoon en is ook afhankelijk van de klacht, maar een goede richtlijn is gemiddeld twintig sessies. Enige verbetering is vaak al te merken na tien sessies.
Tijdens de Neurofeedback training worden er sensoren op uw hoofd geplakt die uw hersenactiviteit meten. Ze beïnvloeden de hersenen niet. U zit ontspannen, kijkt naar een beeldscherm en kijkt naar een film of u speelt een computerspel. Terwijl u kijkt krijgt u visuele en auditieve feedback op wat uw hersenen aan activiteit vertonen. Een versterker en een computer verwerken de signalen die worden gemeten. Als de gewenste frequenties worden gegenereerd zal bij het kijken naar een film het beeldscherm open staan, vallen de hersengolven terug in een minder gewenst patroon, dan zal het beeld kleiner worden. Op die manier traint en stimuleert u hersengebieden met te weinig activiteit en vermindert u de activiteit van andere hersengebieden. Uw hersenen worden meer flexibel en krijgen een gezonde balans, waardoor allerlei klachten verdwijnen of sterk verminderen.